De Provincie Zeeland heeft in het nieuwe Gemeenschappelijk Toezichtkader (GTK) voorschriften gegeven voor het in beeld brengen van het al dan niet reëel structureel in evenwicht zijn van de begroting. Onderstaand geven wij dit inzicht.
Baten en lasten (x € 1.000) | Jaarrekening | Begroting | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
Lasten | 173.680 | 183.238 | 203.551 | 215.120 | 229.914 | 236.301 | 238.620 | 244.054 |
Baten | 181.745 | 210.133 | 230.167 | 223.964 | 243.096 | 242.381 | 236.384 | 240.451 |
Saldo van baten en lasten | 8.065 | 26.895 | 26.616 | 8.844 | 13.182 | 6.080 | -2.236 | -3.603 |
Toevoegingen aan reserves | 4.617 | 25.674 | 51.877 | 8.108 | 12.050 | 12.233 | 5.298 | 5.294 |
Onttrekkingen aan reserves | 5.930 | 16.223 | 40.598 | 2.932 | 5.158 | 4.212 | 5.324 | 4.561 |
Mutatie reserves | 1.313 | -9.451 | -11.279 | -5.176 | -6.892 | -8.021 | 26 | -733 |
Resultaat | 9.378 | 17.444 | 15.337 | 3.668 | 6.290 | -1.941 | -2.210 | -4.336 |
Incidentele lasten | 4.368 | 11.789 | 57.509 | 4.720 | 6.732 | 5.072 | 2.404 | 905 |
Incidentele baten | 4.390 | 9.147 | 60.166 | 8.272 | 13.996 | 13.640 | 4.815 | 4.129 |
Saldo incidentele baten en lasten | 22 | -2.642 | 2.657 | 3.552 | 7.264 | 8.568 | 2.411 | 3.224 |
Toevoegingen aan reserves incidenteel | 3.865 | 25.674 | 47.511 | 7.908 | 11.665 | 11.848 | 4.913 | 4.909 |
Onttrekkingen aan reserves incidenteel | 5.401 | 15.979 | 46.335 | 2.542 | 2.455 | 1.510 | 2.531 | 1.841 |
Mutaties reserves incidenteel | 1.536 | -9.695 | -1.176 | -5.366 | -9.210 | -10.338 | -2.382 | -3.068 |
Resultaat incidenteel | 1.558 | -12.337 | 1.481 | -1.814 | -1.946 | -1.770 | 29 | 156 |
Structureel resultaat | 7.820 | 29.781 | 13.856 | 5.482 | 8.236 | -171 | -2.239 | -4.492 |
Toelichting
Uit het bovenstaande overzicht blijkt dat we geen sluitende meerjarenbegroting hebben. Het begrotingssaldo in de jaren 2026 tot en met 2028 is negatief. Het presenteren van een niet-sluitende meerjarenraming past eigenlijk niet in ons financieel beleid. De reden dat we dit op deze wijze presenteren heeft te maken met het begrotingsadvies van de Vereniging Nederlandse gemeenten (VNG) en de (aanvullende) begrotingscirculaire van de toezichthouder, de Provincie Zeeland.
VNG
In 2024 gaf de VNG in twee delen een begrotingsadvies voor 2025-2028:
- Benoem de financiële en inhoudelijke consequenties van noodzakelijke bezuinigingen en/of lastenverzwaring, ook van ombuigingen die eerder zijn ingezet.
- Maak boekjaar 2025 sluitend, rekening houdend met de wijze waarop de financiële toezichthouders omgaan met de incidentele korting van 2025.
- Voer geen bezuinigingen door op andere beleidsterreinen vanwege de groei van de kosten voor jeugdzorg.
- Overweeg rekening te houden met toekomstige ontwikkelingen rondom het Btw Compensatiefonds (BCF) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Het presenteren van een niet-sluitende meerjarenraming past eigenlijk niet in het voor gemeenten gebruikelijke degelijke financieel beleid, aldus de VNG. Zij vinden dit onder de huidige omstandigheden echter een verantwoorde keuze. Vooral omdat de gesprekken met het Rijk hierover nog niet zijn afgerond. Het onnodig in gang zetten van (onomkeerbare) bezuinigingen vinden zij om dezelfde reden onwenselijk. Door de gevolgen van de keuzes van het kabinet te laten zien, geven gemeenten volgens de VNG een helder signaal af aan het Rijk: de gemeentelijke financiën zijn momenteel onvoldoende voor het uitvoeren van het huidige takenpakket.
Algemene financiële positie, financieel toezicht en vervolg
Zoals eerder benoemd is het jaar 2025 sluitend en de jaren erna niet. Het financieel toezicht van de Provincie Zeeland geeft aan dat indien het jaar 2025 sluitend is en de jaren erna niet er sprake is van repressief toezicht. Hieraan voldoet deze begroting. Aangezien we geen sluitende meerjarenraming hebben is het aan te bevelen om het komende jaar te gebruiken om maatregelen voor te bereiden die bijdragen aan het verbeteren van de financiële positie. Bij de volgende begroting (2026-2029) moet de 1e jaarschijf (2026) ook sluitend zijn om niet onder preventief toezicht te komen.